In de periode 1985 tot 2005 zijn er van de 88 zaken 5 Nederlanse TBS zaken behandeld, alle 5 zaken zijn gegrond verklaard, bedenk hierbij dat procedures tegen en van TBS gestelden minder dan 1 % van het totaal aantal zaken betreft. Ook en dat komt mij niet onbekend voor blijkt uit dit soort zaken weer dat de ene psychiater een advies geeft wat de ander verwerpt etc. Groetjes v Hyperactief
Nieuws
Nederland weer veroordeeld door het Europese hof
Nederland weer eens veroordeeld door het Europees Hof ter bescherming van de rechten van de mens.
De uitspraak is nogal een blamage voor de Nederlandse staat. Van belang is in deze het navolgende:
1. Inleiding N is veroordeeld ter zake voor poging tot doodslag op 10 oktober 1994 door de rechtbank te Breda. Hem is opgelegd 1 jaar gevangenisstraf en een TBS. Hij was daarvoor onderzocht in het Pieter Baan centrum.
Hij is in hoger beroep gegaan en heeft toen zelf een psycholoog gevonden. Deze psycholoog gespecialiseerd in transculturele problematiek, was (anders dan het PBC van mening) dat N niet gestoord was. In hoger beroep heeft het Hof te Arnhem desondanks de TBS weer bevolen.
Hier tegen is N in cassatie gegaan. Het beroep in cassatie is verworpen bij arrest van de Hoge Raad van 1 oktober 1996.
Meer dan 2.5 jaar later, in mei 1999 is hij overgebracht naar een TBS instelling, nl Veldzicht. Na het beroep in cassatie is hij eerst een tijd gebleven in het Huis van Bewaring. Toen in september 1998 de eerste verlenging van de TBS gevorderd werd bleef hij nog steeds in het Huis van Bewaring. De rechtbank Breda heeft toen de TBS verlengd voor de duur van 2 jaar.
Op 9 september 2000 heeft de rechtbank Breda wederom een beslissing genomen over de verlenging en is de TBS wederom voor de duur 2 jaar verlengd. N is in hoger beroep gegaan bij het gerechtshof te Arnhem. De zaak heeft gediend op 9 april 2001 en het Hof heeft bij beslissing van 23 april 2001 de beslissing van de rechtbank juist geacht en de TBS verlengd.
Hiertegen, d.i.d. de beslissing van het Arnhem Hof van 23 april 2001, richt zich de huidige beslissing van het Europese Hof.
2. Verloop van verdere tbs-behandeling sedert april 2001
Na de beslissing van Hof te Arnhem moest in 2002 de TBS weer verlengd worden. N had recht op een onafhankelijk onderzoek. De toenmalige inrichting, waar N toen verbleef, n.L de Kijvelanden te Poortugaal, heeft een onafhankelijk onderzoek onmogelijk gemaakt en wel door de psychiater die daar kwam (in een normaal Nederlands) de toegang min of meer te ontzeggen. Het gevolg was dat er een rapport was van weliswaar wel een onafhankelijk psychiater, doch deze psychiater N niet gezien had en niet zelfstandig had onderzocht. Ondanks protesten van N heeft de rechtbank Breda toen wederom de TBS verlengd. In hoger beroep tegen deze beslissing bij het Hof te Arnhem heeft N verzocht om hem daadwerkelijk te laten onderzoeken door een onafhankelijk psychiater, zonodig die onafhankelijke psychiater die, ondanks hem niet gezien te hebben, een rapport over hem had uitgebracht, nu de tbs inrichting in feite aan die psychiater de toegang geweigerd had. Het Hof te Arnhem vond echter zo een daadwerkelijk onderzoek niet nodig en heeft toen wederom de beslissing van de rechtbank te Breda bekrachtigd. Hierover heeft N eveneens klacht ingediend bij het Europese Hof.
Vervolgens is er door N zelf een psychiater ingeschakeld, dit nadat hij uiteindelijk iemand gevonden had die en bereid en in staat was de kosten voor een onafhankelijke psychiater te betalen.
Deze psychiater, die N eind 2003 wel gesproken en gezien had, was van mening dat N geen enkel gevaar was en dat er geen reden was om hem nog langer te houden in TBS ? inrichting. N heeft vervolgens een ontslagverzoek ingediend bij de rechtbank. Hij heeft verzocht om een opheffing van het TBS. De rechtbank heeft nu echter gesteld dat er geen mogelijkheid was om n.a.v zo een verzoek een TBS op te heffen en heeft dat verzoek geweigerd. In hoger beroep heeft het Hof te Arnhem ook die beslissing bekrachtigd.
Uiteindelijk in 2004 heeft de Officier van Justitie te Breda wederom een vordering tot het verlengen van het TBS gedaan. N heeft verwezen naar de eerder rapportage van de psychiater, die hij had ingeschakeld. Verder was er nu ook een psycholoog (een hoogleraar forensische psychologie) namens N ingeschakeld. Ook deze psycholoog oordeelde dat er nauwelijks een reden was om TBS te verlengen. Desondanks heeft rechtbank Breda de TBS van Nakch bij beslissing van 22 oktober 2004 wel verlengd.
3. Klacht bij het Europees Hof, inleiding
De beslissing van het Arnhemse Hof van 23 april 2001. N heeft bij het Europese Hof ter bescherming van de rechten van de mens een klacht ingediend tegen de beslissing van het Hof van 23 april 2001. Hij heeft erover geklaagd dat hij geen onafhankelijk onderzoek had gekregen en dat het verzoek om een onafhankelijk onderzoek was afgewezen.Verder heeft hij erover geklaagd dat het Arnhemse Hof van de zitting van 9 april bij dat Hof geen proces-verbaal heeft willen opmaken
Voordat ik de klacht namelijk wilde indienen bij het Europese Hof namens N, wilde ik inzicht krijgen in hetgeen zich ter zitting van het Arnhemse Hof op 9 april 2003 precies had afgespeeld en wat er allemaal gezegd is. Dit laatste moet blijken uit een proces-verbaal. De rechter en de griffier zijn naar Nederlands recht verplicht om van elke zitting een proces-verbaal op te maken, zodat een ieder later precies weet wat zich ter zitting heeft afgespeeld en daardoor worden ook de uitspraken enigszins controleerbaar.
Mitsdien heb ik het Arnhemse Hof verzocht om een proces-verbaal van de zitting van 9 april 2001 bij het Hof te Arnhem verkrijgen.
Het Arnhemse Hof heeft bij brief van 11 juli 2001 mij meegedeeld dat er geen proces-verbaal is/wordt opgemaakt van zo een tbs-zitting en wel omdat er geen rechtsmiddel (di hoger beroep) tegen zo een beslissing mogelijk is en dat het Hof in feite meer dan voldoende te doen heeft en daarom dan ook geen processen-verbaal wenst op te maken. Processen-verbaal die om in de woorden van het Hof te spreken, bestemd zouden zijn voor het archief. Omdat het Hof dat niet doet, zou het Hof daarom een uitgebreidere beslissing maken.
Over het niet opmaken van een proces-verbaal van een zitting en het niet iemand in de mogelijkheid stellen om een contra deskundige te benoemen of hem te heb ik namens cliënt geklaagd bij het Europese Hof, stellende dat hij geen eerlijke procedure en of een procedure, die voldoet aan de minimummaatstaven van het Europees Hof, gekregen heeft
4. De ontvankelijkheidsbeslissing:
Bij beslissing van 6 januari 2005, application nummer 5379/02(bijl 2) heeft het Europese Hof omtrent de ontvankelijkheid (kort samengevat) als volgt veroordeeld:
1: het is primair aan de Nederlandse rechter om te beoordelen of in hoeverre er een contra deskundige benoemd moet worden. Nu het Hof te Arnhem al een rapport had van een (eerder opgemaakt) contra deskundige, hoefde het Hof te Arnhem niet opnieuw een contra deskundige te benoemen. Die klacht is dus niet ontvankelijk verklaard.
2: met betrekking tot het niet-opmaken van een proces-verbaal heeft het Hof de klacht ontvankelijk verklaard.
5. Procedure na de beslissing van 6 januari 2005
Meer in het bijzonder is van belang dat de Staat der Nederlanden is blijven betogen heeft dat een proces-verbaal niet opgemaakt hoeft te worden. De Staat heeft niet kunnen verwijzen naar enig wetsartikel, doch heeft dit gewoon gesteld.
N is blijven betogen dat waarom dat niet zo zou moeten hem een raadsel is. Immers uit alle volledige wet - teksten blijkt dat van de zittingen er een apart proces-verbaal moet worden opgemaakt, terwijl de Hoge Raad dat ook meermalen zo heeft beslist
6. Uitspraak van het Europese Hof.
Het Europese Hof heeft uiteindelijk heden uitspraak gedaan en heeft heden N gelijk gegeven en Nederland veroordeeld. Voor de uitgebreide tekst: zie hieronder.
De uitspraak is in feite een afgang voor Nederland. Het komt erop neer dat het Europese Hof de klachten van cliënt op dit gebied gegrond heeft verklaard en de Nederlandse rechtspleging, zoals in elk geval in 2001 in de zaak van de heer N, op dit punt niet aan de maatstaven van het Europese Hof voldoet. En de rechtgang waar N door Nederland bij de verlenging van zijn tbs beneden de minimum- maatstaven van het Hof ter bescherming van de rechten van de mens is
Dit is overigens dit niet de enige zaak die gaat over het punt bij het Europese Hof. Ook in een andere zaak is door mij een vrij identieke klacht over de tbs voorgelegd bij het Europese Hof, zodat ook daar een veroordeling van Nederland op zich laat wachten.
7. Relevantie van de uitspraak
De uitspraak is van belang want uit de uitspraak blijkt dat het gerechtshof te Arnhem in TBS -zaken in elk geval niet de wettelijke regeling heeft nageleefd, zulks ten nadele van de ter beschikking gestelde. Waar iedere verdachte en iedereen die voor moet komen in Nederland recht heeft op een proces ? verbaal van de zitting, was dit juist niet zo bij de ter beschikking gestelden die, in elk geval in deze zaak, in hoger beroep voorkwam bij het hof te Arnhem en protesteerde tegen de gegeven beslissing tot verlenging van de TBS. Het gevolg was verder dat tbs-gestelden na zo een zitting en uitspraak van het Arnhemse Hof zich in de toekomst moeilijker konden verdedigen bij een nieuwe vordering nu niet vastgelegd was hetgeen ter zitting besproken was en wat de psychiater van de inrichting precies gezegd had
Het belang schuilt hem er verder in dat tevens blijkt dat dit de zoveelste keer is dat blijkt dat de rechtsbescherming van tbs-gestelden in Nederland volgens het Europees Hof beneden de minimum-maatstaven van het EVRM is en hun mensenrechten te Nederland geschonden worden.
Het is opvallend dat In dit dat van de ongeveer 88 beslissingen van het EHRM, zoals te vinden via het zoeksysteem van het Europees Hof, genaamd HUDOC, in de periode van 1985 tot 2005 er 5 (Koendjbiharie, Erkalo, Rutten, Brand en Morsink ) van de 88 beslissingen gegeven, door een kamer van het Europees Hof, tegen Nederland gingen over de tbs, en deze alle vijf gegrond zijn verklaard. Dit is des te meer opvallend nu gesteld kan worden dat procedures tegen en van tbs-gestelden zeker aanzienlijk minder dan een procent van de totale hoeveelheid procedures te Nederland bedragen.
M.a.w.: in tegenstelling tot wat politici dagelijks in de krant willen zetten is de rechtsbescherming van een tbs-gestelde volgens objectieve juridische normen eerder veel te klein is dan een beetje te groot.
Verder is van belang dat dit, naar ik bang ben, niet de laatste uitspraak zal zijn die het EVRM zal doen in TBS ? zaken. Zie in dit verband het artikel in Sancties (zie publikaties) waaruit blijkt dat N ook, en terecht mijns inziens, twee andere klachten heeft ingediend over de laatste verlengingen van de TBS zoals tegen hem gewezen.
Gerard Hamer Zie ook : http://cleerdin-hamer.nl/publicaties_index.htm
De uitspraak is te vinden op de website van het europees hof, doorgaan naar judgments and decions, doorgaan naar search the case law en dan gebruiken als zoekterm Nakach.