Hieronder een stuk over het professionele wielrennen, wat ik overigens zelf niet volg, maar wel altijd mijn aandacht trekt aangaande dopingsschandalen. Ritalin wat in grote getale aan schoolkinderen gegeven wordt is een wekamine, verwant aan amfetamine en valt onder de Opiumwet. Ook bij dat middel kan door plotseling hartfalen de dood intreden, wat dan vaak wegeschreven wordt onder een “natuurlijke” dood…
Dat wielren gebeuren had nog meer mijn aandacht getrokken toen onlangs de sportdirecteur van de Rabobank, Theo de Rooij zeer zenuwachtig en in het ongeveer 2 minuten durende intervieuw aangaande de affaire Rasmussen geen enkele keer de journalist aankeek. Ik heb het 2 X zitten bekijken en dacht van deze man verdwijnt eerdaags van het toneel, wat afgelopen vrijdag al uitkwam toen hij aankondigde op te stappen, ben benieuwd of deze zaak nog een vervolg krijgt, mijns inziens wel, want een “kat” in het nauw maakt rare “sprongen”…
Of je nu topsporters/ soldaten of schoolkinderen neemt, één ding hebben ze gemeen, commercieel gaat boven mensenlijkheid en zelfs levens, de menselijke maat is totaal weg uit de huidige maatschappij… Groetjes v Hyperactief
Dood of leven van de wielersport
Sjarrel Massop
De situatie van de wielersport is het laatste jaar niet verbeterd.
Integendeel, als we de media moeten geloven, zijn de dagen van
de Tour de France geteld. Maar het publiek en de meerderheid
van de renners willen daar nog lang niet aan. Ook de commercie
laat het nog niet afweten, de investeringen leveren voldoende
naamsbekendheid en prestige op. Maar hoe moet het verder?
Vorig jaar juli in commentaar 45 schreef ik al dat de enige
manier om de door mij zo geliefde wielersport tot zijn ware
proporties terug te brengen, namelijk ontspanning en spel
voor publiek en beoefenaren, is ze te ontdoen van de commercie.
De ontwikkelingen in de laatste Tour zijn aanleiding hier opnieuw
een zomers commentaar aan te wijden.
Fatale beklimming
Het hele gedoe rond de doping in de wielersport is precies
veertig jaar geleden begonnen met de dood van de Engelse
renner Tom Simpson tijdens de Tour de France. In een ultieme
poging in de nadagen van zijn carrière de Tour alsnog te winnen,
vergreep hij zich aan de amfetamine. Dit werd hem fataal op
13 juli 1967 tijdens de beklimming van de Mont Ventoux.
De onmogelijke combinatie tussen de wielersport en de commercie
is dertig jaar geleden al gelegd door niet bepaald als visionair
te bestempelen economen:
"Het was de wielerautoriteiten gelukkig ook niet ontgaan dat,
wanneer ze niet ingrepen, een grotere catastrofe dan de dood
van Simpson wel eens de genadeklap kon zijn voor het altijd
nog flink geld opleverende professionele wielrennen. Vandaar
dat ze, mede op sterke aandrang van de gealarmeerde overheid,
uiteindelijk zwichtten voor wat ze zelf mensonterend vonden:
de eis van een waterdichte dopingcontrole." *1
Duursport
De dopingcatastrofes hebben zich sindsdien opgestapeld, de
genadeklap is vooralsnog uitgebleven. Maar voor hoelang?
Vorig jaar werd de Tour onthoofd door de uitsluiting van de
topfavorieten voor dat ze begonnen was. Uiteindelijke bleek
ook nog eens de winnaar een fraudeur te zijn die uit de pot
gesnoept had. Dit jaar was het van hetzelfde laken een pak.
Topfavorieten, maar niet in allerbeste doen, zoals Vinokourov
en Mayo hebben de verleiding niet kunnen weerstaan. De Tour-
organisatie, de UCI (internationale wielerunie), de wielerploegen
met hun sponsors, alle behorend tot de wielerautoriteiten, gaan
rollebollend over de weg, maar zijn gezamenlijk volstrekt
incapabel om het inmiddels bejaarde probleem op te lossen.
De Tour van 1968 was de laatste die met landenploegen gereden
werd. Ze maakten plaats voor de gesponsorde ploegen. Daarmee
werd de kroon op het werk gezet om van het grootste wielerevenement
ter wereld een commercieel festijn te maken. Deze koerswijziging
van de wielerautoriteiten was niet gericht tegen het dopinggebruik,
dat is sindsdien ook niet teruggelopen. Het frappante is dat
vandaag, veertig jaar later, stemmen opgaan de Tour weer te
verrijden met landenploegen. Het is een stapje, maar niet de
oplossing.
Een ander voorstel wil de Tour minder zwaar maken, kortere
etappes met minder beklimmingen. Wielrennen is echter een
duursport. De wedstrijden duurden in de periode voor 1965 langer
en de Tour telde 4.500 kilometer. Ik vrees dat het tegenovergestelde
gebeurt. Kortere etappes en minder beklimmingen maken de Tour nog
explosiever en vormen meer aanleiding voor dopinggebruik. De renners
maken de wedstrijd zo hard als ze zelf willen en een goed getrainde
wielrenner moet etappes van 200 kilometer aankunnen.
Commercie
Renners worden opgejaagd topprestaties te leveren boven hun
kunnen om een lucratief contract voor het volgende jaar binnen
te halen. Als een renner niet in vorm is, dan is de verleiding
groot naar stimulerende middelen te grijpen.
Een wielerploeg wordt vaak gebouwd rond een kopman. Dat is
duidelijk met de Astana ploeg van Vinokourov. Een klasbak,
maar ook wispelturig. De intentie van die ploeg is zorgen voor
de promotie van Kazachstan, opgehangen aan één renner. Een slechte
dag moet dan direct hersteld worden, ook dan is de verleiding
doping te gebruiken groot.
Daar zit de crux. De belangen van de sponsors domineren en hebben
niets te maken met de wielersport als zodanig. De sportbestuurders
en de wielrenners kunnen niet anders dan hun handelen afstemmen
op deze belangen. Vaak gebeurt dat onbewust. Het gedraaikont van
de sportdirecteur van de Rabobank, Theo de Rooij, is daar een
voorbeeld van. Al jarenlang is het streven dat de Rabobank een
Tourwinnaar aflevert. Daartoe zijn kanshebbers aangetrokken als
Mentsjov en Rasmussen. Zulke renners laat je dus niet thuis,
zelfs niet als ze geen duidelijkheid kunnen verschaffen over
hun ‘whereabouts’ vooraf aan de Tour om ‘out of competition’
de dopingcontrole te laten plaatsvinden. Maar ja, als de druk
tijdens de ronde te groot wordt en de geloofwaardigheid van de
sponsor op het spel staat, dan wordt zo'n renner snel geofferd.
De commerciële sponsors van de wielerploegen kunnen blijven zeggen
dat ze zich niet inlaten met het sportieve gebeuren, maar de
ploegleiding en de renners voelen de druk en handelen naar de
belangen van hun werkgevers.
De pleidooien voor ‘geheel vrijgeven’ of aanvaarden onder strakke
'medische zorg' onderschatten de kracht van de commercie, waarvan
ook het medisch onderzoek deel uitmaakt. Topsport is te vergelijken
met oorlog, de wetenschap krijgt alle middelen om risico's te
nemen en gaat met sprongen vooruit waarbij de gezondheid van
soldaten of topatleten een bijproduct is.
Ondanks de heroïsche gevechten die de afgelopen Tour de France
zeer boeiend maakten, werd het evenement weer overschaduwd door
commerciële belangen. Eddy Merckx drukte zich in een interview
op de laatste dag van de Tour voorzichtig uit met zijn stelling
dat de commercie niet de boventoon mag voeren ten opzichte van
het sportieve. De Tour de France is een sportmonument dat dreigt
te verdrinken in het moeras van de belangenverstrengeling
tussen commercie en sport.
Commercie en sport gaan niet samen.
*1 A. Heertje, F. Nypels en K. Tamboer, De verwording van de
economie. Voor de arbeider, ondernemer en kruidenier verklaard.
Waarin opgenomen de dood van een coureur, Amsterdam, 1976, p. 165.
BRON: Nieuwsbrief solidariteit 05-08-2007